Hieronder lezen jullie een column van dorpsgenoot Nold, genaamd ‘R in de maand’.
De tweede helft is alweer ruim bezig. Nee geen voetbal, maar het jaar 2020. De r is weer in de maand en het weer is prima.
Bij onze achterburen in de boom, al heel vroeg in de morgen, een kauwen vergadering.
De een kwettert nog harder dan de ander. Opeens is het rustig.
Vol passie kwettert er eentje en geeft orders, zo hoort het althans.
Even is het stil maar dan gaat het los.
Weerstand, rebellie? Gekauw over en weer. Onrustig wordt er van tak naar tak gefladderd. Op een gegeven moment zijn ze eruit.
De eerste kauw vliegt uit de boom en maakt zijn ronde.
Waarschijnlijk de verkenner.
Maakt handig een landing op een tak die een beetje doorbuigt van onze beuk en bekijkt met zijn kraalogen de situatie.
Voedsel zoeken is zijn opdracht en doorgeven aan de groep waar het te vinden is.
Wij geven iedere dag strooivoer aan ‘onze’ vogels. Mussen, vinken e.d.
Gun factor voor kraaien, kauwen en eksters is er wel natuurlijk maar als we hun ook toelaten blijft er niets over voor de kleinere vleugelaars.
Ervaring heeft geleerd, geef de zwartrokken een vinger, pakken ze je hele hand.
De overkant van de Huizingerweg is hun domein vinden we, dus deponeren we daar oud brood.
Het zijn brutale rakkers en een beetje teveel kauwen helaas. Verkenner kauw vliegt terug naar de groep om te kwetteren dat er niets te halen valt. Zelfs aan de voorkant niet.
De kauw laat zich niet ontmoedigen. Zijn opdracht, zoek eten, staat hoog genoteerd en vliegt dus regelmatig zijn ronde, zelfs buiten het dorp.
Op een andere manier dan de kauwen trekt onze vlinderstruik de aandacht en ontvangt haar gasten. Stil en geduldig. Genietend van de zon en het gezoem van hommels en bijen. De kleurrijkste gasten zijn wel de vlinders, waar de struik met ere naar vernoemd is.
De kleine en grote Koolwitje, Dagpauwoog, de Kolibrie vlinder met haar lange tong die hiermee het nectar uit de bloem haalt.
Ook prachtig om te zien is de gehakkelde Aurelia en het bonte Zandoogje.
Wanneer de bloem van de vlinderstruik is uitgebloeid, afknippen en om nieuwe bloei een kans te geven.
In het voorjaar kunnen genieten van de familie Ransuil die drie jongen regelmatig van voer moesten voorzien.
Het begon tegen schemering en ging in de nacht verder.
Onze rondom buren en wij hoorden steeds een gierend geluid die jonge Ransuilen maken om hun ouders te laten weten in welke boom ze zitten.
Inderdaad, niet verstopt maar her en der sneeuwwitte bollen jonge uil op een van de hoogste takken.
De ouders vlogen laag over onze tuinen, je hoorde ze niet aankomen en gaven hun jongen waarschijnlijk een muis die in de omgeving gevangen werd.
Inmiddels is het Ransuil gebeuren voorbij. Af en toe nog even op visite en kijken naar ons vanuit de boom waar ze hun muis als wit bolletje Ransuil hebben opgepeuzeld.
Ook de jonge Ringmussen zijn vertrokken uit het nestkasje.
De ekster vliegt ter controle over onze tuin, he weer niets te eten. Af en toe bieden we een traktatie aan, een sappige klokhuis van de Elstar appel.
Terwijl ik dit schrijf, vanaf de bank buiten op de veranda, ploeteren mussen in de kom met water.
Spetters worden verlicht door de zon die nog steeds op z’n best is, zelfs midden september.
Wat mij betreft mag het tot december zo doorgaan.
Nold.